Goede vragen stellen aan kinderen

‘Een vraag met veel antwoorden’

We moeten andere vragen stellen aan kinderen. Geen vragen met een vooraf bedacht antwoord, geen controlevragen of aanloopjes naar wat we zelf kwijt willen. Het wordt tijd voor leerzame vragen, waar kinderen én leerkrachten zich over kunnen verbazen. Tijd voor vragen met veel antwoorden.

Een ‘vraag met veel antwoorden’ is een vraag waarop meer dan één antwoord mogelijk is, en waarbij het ene antwoord niet per se beter is dan het andere. Over de verschillende antwoorden kun je nieuwsgierig met elkaar in gesprek, zonder elkaar te verbeteren of te overtuigen. En het kan ook zomaar zijn, dat jouw antwoord van vandaag anders is dan jouw antwoord van gisteren of van volgende week.

Vragen bij verhalen

Op school worden veel verhalen verteld. Ook levensbeschouwelijke verhalen, zoals uit de Bijbel. Die verhalen zijn op zichzelf al prachtig, maar ze komen nog meer tot leven als je er vragen bij stelt. Waarom stellen we eigenlijk vragen? Een paar veel voorkomende redenen zijn:

  • Voorkennis activeren: We helpen kinderen een beetje op weg, door te vragen naar dingen die zij al weten. Daarna vertellen we in het verhaal iets dat zij mogelijk nog niet weten.
  • Controleren: We stellen vragen om te controleren wat kinderen weten. Dat kan vóórdat we iets gaan vertellen, maar ook daarna: dan controleren we of kinderen wel goed geluisterd hebben. (‘Wat gebeurde er precies in het verhaal?’)
  • Beter leren kennen: We stellen vragen over de kinderen zelf, om hen beter te leren kennen.
  • Aanloop naar ons eigen verhaal: We stellen vragen waarbij we verwachten dat kinderen een bepaald antwoord geven. Dat antwoord sluit dan ‘toevallig’ heel mooi aan bij wat wij daarna willen vertellen.

Op zich zijn dit prima redenen om vragen te stellen, maar het zou jammer zijn als het hierbij bleef. Laten we vaker vragen stellen waar iets aan te ontdekken valt. Vragen waar je niet meteen over uitgepraat raakt.

Wat is een goede vraag?

Een ‘vraag met veel antwoorden’ is een vraag waarbij het antwoord verschillende kanten op kan gaan. Dat komt niet door een gebrek aan kennis: ook als je heel veel van het onderwerp zou weten, of als je het ergens zou opzoeken, zouden er nog steeds meerdere antwoorden zijn. Het is ook niet alleen een vraag naar een mening of een gevoel – meningen en gevoelens blijven persoonlijk, terwijl een goede vraag ons samen ergens kan brengen.

Voorbeelden: ‘Vragen met veel antwoorden’ bij het verhaal van Jona

In de Bijbel (en trouwens ook in Koran) wordt het verhaal verteld van de profeet Jona. Welke ‘vragen met veel antwoorden’ zou je bij dit verhaal kunnen stellen? Een paar voorbeelden:

Vraag: Wat zou er gebeuren als de koning van Nineve de baas wordt in ons land?
Deze vraag kan op verschillende manieren beantwoord worden. In het verhaal leren we de koning op verschillende manieren kennen: eerst leidt hij een stad waar veel misgaat, later komt hij tot inkeer. Wat er zou gebeuren als hij de baas wordt in ons land, kan niemand zeker weten. We kunnen ons er wel een voorstelling van vormen. Met onze antwoorden raken we in gesprek over leiderschap, over verandering, over wat goed is in onze tijd en nog veel meer.

Vraag: Hoe weet je wat goed is om te doen?
Ook met deze vraag kun je verschillende kanten op. Sommige mensen voelen zelf aan wat goed is, anderen gebruiken de wet, de goedkeuring van hun moeder of de preek van een dominee. Er zijn ook mensen die geloven dat God vertelt wat goed is. (Een leuke vraag is ook, hoe dat bij Jona zit: naar wie luister hij?)

Vraag: Wat is er nodig om jou te verrassen?
In het verhaal van Jona gebeuren verrassende dingen. Wat zou ervoor nodig zijn om jou te verrassen? Waar zou jij echt van opkijken? Denk je dat dat ook echt kan gebeuren? Waarom wel of niet?

Vraag: Zou God weleens twijfelen?
We kunnen niet alleen vertellen en praten over God, we kunnen ook vragen over God stellen. Niet om kinderen vervolgens te vertellen wat het goede antwoord is, maar om samen te ontdekken welke beelden, gedachten en gevoelens we kunnen hebben als het over God gaat.

Hoe bedenk je een goede vraag?

Soms komt een goede vraag spontaan in je op. Maar soms moet je er ook bewust naar zoeken. Het stellen van goede levensbeschouwelijke vragen is een van de moeilijkste dingen van dit vakgebied. En ook een van de mooiste dingen: want een goede vraag helpt kinderen en leerkrachten om het leven te onderzoeken. Om eigen opvattingen te vormen en ze met elkaar te delen.

Bij het bedenken van een vraag, kun je voor jezelf een paar ‘checks’ inbouwen:

  • Zijn er meerdere antwoorden mogelijk?
  • Zou jij zelf antwoord kunnen geven op deze vraag?
  • Denk je dat kinderen antwoord kunnen geven?
  • Prikkelt deze vraag de verbeelding?

Als leerkracht kun je goede vragen bedenken die je samen met de kinderen kunt verkennen. Maar je kunt kinderen natuurlijk ook uitnodigen om zelf vragen te bedenken: Welke vraag heb jij bij dit verhaal?

Open en gesloten vragen

Vaak wordt onderscheid gemaakt tussen open vragen en gesloten vragen. Een open vraag, zo wordt dan meestal gesteld, is een vraag waarop iemand zelf een antwoord kan bedenken. Een gesloten vraag kan alleen met ja of nee worden beantwoord, of met een beperkt aantal mogelijkheden. Vaak wordt ervan uitgegaan dat je in onderzoekende gesprekken met kinderen geen gesloten vragen moet stellen. Toch is het de vraag of je daar strikt aan vast moet houden. In de voorbeeldvragen hierboven staat ook een gesloten vraag: Zou God weleens twijfelen? Strikt genomen is dat een gesloten vraag waarop je met een simpel ja of nee zou kunnen antwoorden. Maar bij vragen zoals deze kun je onmiddellijk doorvragen: Waarom denk je dat? Waarover en wanneer zou God wel of niet kunnen twijfelen? Etc. Soms kan juist een gesloten vraag prikkelen om een keuze te maken en daardoor verder te gaan nadenken.

Stel ‘Vragen met veel antwoorden’!

Het zou mooi zijn als kinderen regelmatig in aanraking komen met ‘vragen met veel antwoorden’. Zo raken ze vertrouwd met een wereld waarin veel te ontdekken valt, en waarin ook veel te vragen overblijft. Veel succes bij het stellen van vragen!

 

Erik Idema